"Wŏ jiào wèi nà"

High table dinners. Een Chinese naam. Heel veel Buddha’s. Grote Buddha’s. Een eeuwige zoektocht naar (eetbaar) vegetarisch eten. Blauwe plekken. Ik mis de Albert Heijn. Dat is mijn samenvatting van de afgelopen anderhalve week.

Als ik me verveel tijdens de les (wat nogal eens gebeurt, aangezien ik niet meer gewend ben aan hoorcolleges), zoek ik naar de goedkoopste vluchten naar de Filippijnen, Thailand en andere mooie, nieuwe en zonovergoten bestemmingen. Ik ben niet de enige: soms lijkt het leslokaal een soort reisbureau, waar tientallen uitwisselingsstudenten zoeken naar de goedkoopste tripjes voor het aankomende weekend. Desondanks heb ik wel meer het gevoel dat ik aan het settelen ben: hoewel ik het liefst alleen maar vakantie zou houden, begin ik langzamerhand te wennen aan mijn lesrooster en is het al makkelijker (met de nodige uitzonderingen) om mijn lesgebouwen te vinden.

Één van de meest indrukwekkende plekken waar ik de afgelopen anderhalve week ben geweest was “The Ten Thousand Buddha’s”. Sha Tin blijkt meer dan alleen een winkelcentrum! Als je één van de 5 winkelcentra waar je over de hoofden kunt lopen verlaat, eindig je in een oase van rust. The Ten Thousand Buddha’s zou eigenlijk The Twelve Thousand+ Buddha’s moeten heten en is een verzameling van meer dan twaalfduizend Buddha’s, allemaal in verschillende houdingen, als ode aan Buddha. De Buddha’s zijn verspreid over een groot stuk land op een heuvel, wat een aardige klim is, en verschillende tempels en de bouw van dit alles duurde 18 jaar.

Één van de beste dingen aan deze plek: aan de top zit een vegetarisch restaurant waar een Chinees mannetje die geen woord Engels spreekt je lekkere hapjes komt brengen en je een poging kunt doen zelf iets te bestellen. Als je in Hong Kong vegetarisch eten zoekt, moet je in de buurt van Buddha zijn (dit heeft te maken met de filosofie achter het Buddhisme). Dus ik houd de komende tijd mijn ogen open voor Buddha standbeelden, tempels, musea, etc. ;). De Ten Thousand Buddha’s is een oase van rust – op dit enorme stuk grond ben ik denk ik binnen de twee uur dat we er waren maximaal 15 mensen tegengekomen. In een plek als Hong Kong kan dat een verademing zijn. En hoewel ik weinig weet van Buddha vond ik het een bijzondere, spirituele plek en interessant om er meer over te leren. Wat een contrast als je dan weer door het winkelcentrum heen moet om naar de metro te komen!

Aan het begin van vorige week had ik ook mijn eerste Harry Potter style-High Table Dinner, in toga en al (zie foto’s). Hoe kan eten dat er zo lekker uitziet zo niet lekker smaken? Dit was Morningside College’s poging tot westers eten. Ik zeg doe maar niet ;). Het ergste was nog dat we bij binnenkomst op het menu “cheesecake met caramel en chocoladesaus” zagen staan en toen al aan het watertanden waren. Toen moesten we na het hoofdgerecht eerst een 45 minuten lange speech aanhoren tot eindelijk het toetje kwam… Hoe kun je zelfs cheesecake verprutsen? Hahaha. Maar het was wel ontzettend gezellig en leuk om iedereen opgedoft te zien.

Het is officieel, ik heb nu een Chinese naam! Mijn Chinese naam, gekregen van mijn lerares Mandarijn, is “wèi nà” (de volgende keer schrijf ik hem in Chinese karakters, maar daar moet ik nog even mee oefenen ;)). “Wèi” lijkt op Weerdmeester en is een veelvoorkomende achternaam in China. “Nà” schijnt “mooie, elegante dame” te betekenen.

Vorige week vrijdag ging ik voor het eerst in mijn leven surfen. Aan het eind van de dag zat ik onder de blauwe plekken, was ik zo rood als een kreeft en had ik meer zeewater gedronken dan goed voor je is, maar had ik het ontzettend leuk gehad! Surfen is zwaar: het vereist veel kracht en snelheid – je moet de golf aan zien komen, peddelen, peddelen en nog harder peddelen, en dan proberen jezelf omhoog te duwen en op te staan. Ik denk dat het zo’n 4 keer gelukt is op te staan op de plank, waarna ik er meteen weer afviel. Ik kreeg een beetje les van Maaike, een Nederlands meisje dat voordat ze naar Hong Kong kwam net 6 weken naar een surfkamp op Bali was geweest (rot he?). Ook kwam ik een local (een echte Aziatische surfer dude) tegen die nog wat langer ervaring had en me aanbood de volgende keer les te geven.

Nog meer Buddha’s! Afgelopen zaterdag, niet in een zoektocht naar vegetarisch eten, maar toevallig wel met dat als uitkomst, ging ik mee op een excursie naar “the Big Buddha” op Lantau Island. Hong Kong bestaat uit een stuk vaste land en 263(!) eilanden, waarvan de bekendste Hong Kong Island – Lantau Island is één van de grootste eilanden en ook waar de luchthaven gevestigd is. Na het bezoeken van de Buddha gingen we naar het laatst overgebleven vissersdorpje in Hong Kong, “Tai O”. Het was een excursie in Chinese stijl: bus in, bus uit, 45 minuten om foto’s te nemen en dan weer de bus in. Desondanks was het erg leuk.

Vegetariërs en veganisten dat zijn een soort aliens hier, waar de Chinezen maar weinig van begrijpen – bij je veganistische maaltijd krijg je gewoon een omelet en veel vegetarische restaurants hebben maar 1 werkelijk vegetarische optie op de kaart. Omdat mijn maaltijden met rijst niet altijd even succesvol waren de afgelopen tijd (zeker niet degene die enkel bestond uit koude groenten en witte rijst), speel ik vals en plaats ik een foto van mijn heerlijke gebakken noedels met een soort van met groenten gevulde dumplings gemaakt van rijstnoedels.

Verder mis ik vooral heel erg de Albert Heijn. Jullie ook allemaal hoor, en James en Pollewob en Twinkel (mijn hond en 2 poezen), maar op dit moment vooral de Albert Heijn ;).

Leave a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *